Het Gerechtshof in Amsterdam heeft in een lang slepende zaak bepaald dat projectontwikkelaar AZ wonen Vestia 18,8 miljoen euro moet betalen. Bestuurder Willy de Mooij: ¨Dit soort civiele zaken duurt jaren. Maar de aanhouder wint en iedere euro die terugkomt naar de sociale woningbouw is het waard. Dit geeft vertrouwen voor de procedures in de derivatenzaak.¨
Het arrest van het hof betekent dat alle transacties tussen SGBB en AZ Wonen zijn vernietigd op grond van bedrog, met uitzondering van – zoals door Vestia was verzocht – de grondtransacties. De betreffende gronden blijven in het bezit van Vestia. De overwaarde die SGBB destijds bij de ABC-transacties aan AZ Wonen cs. heeft betaald (EUR 11 miljoen), moeten aan Vestia worden betaald en ook de ontwikkelingsvergoedingen die SGBB aan AZ Wonen heeft betaald (EUR 7,8 miljoen) moeten aan Vestia terugbetaald worden.
Dat Vestia in de procedure tegen de voormalige directeur-bestuurder Van der Zwet ook al een bedrag van ca. EUR 24,5 miljoen toegewezen heeft gekregen, doet er volgens het hof niets aan af dat AZ Wonen cs. Vestia moeten terugbetalen. Het arrest biedt aanknopingspunten in de procedure tegen Schmetz cs., waarin er voor Vestia naar verwachting meer verhaalsmogelijkheden zijn.
Strafzaken
Op 11 december 2013 heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden reeds uitspraak gedaan in het hoger beroep in de zaak Rembrandt. Bestuursvoorzitter van Vestia Arjan Schakenbos heeft toen aangekondigd verder te gaan met de civiele zaken tegen betrokkenen om de geleden schade te verhalen. Dit betrof de strafzaak tegen Van der Zwet (voormalig directeur-bestuurder van SGBB) en Schmetz (projectontwikkelaar) en anderen betrokkenen, wegens fraude en oplichting van SGBB. Er zijn toen zwaardere straffen opgelegd dan de Rechtbank in eerste aanleg had gedaan. Van der Zwet is veroordeeld tot een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van 3,5 jaar voor oplichting, valsheid in geschrifte en witwassen. Schmetz is veroordeeld tot een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van 2,5 jaar. Ook alle andere betrokken personen, waaronder de zus van de voormalige directeur-bestuurder (2 jaar onvoorwaardelijk) en haar partner, zijn door het gerechtshof veroordeeld voor hun betrokkenheid bij de fraude. De betrokken rechtspersonen hebben geldboetes tot EUR 50.000 opgelegd gekregen.